
Met deze dromerige compositie schreef de Friese Sjoerd van der Wal een liefdesverklaring aan Friesland. Daarbij gebruikte hij geen Friese volksliedjes, maar probeerde hij eerder het karakter en de atmosfeer van zijn geboortestreek weer te geven. Van der Wal, die veel voor accordeon heeft geschreven, liet ook zijn tweede grote liefde, de jazz, in deze compositie naar voren komen.